Canon van de Vlaamse Literatuur

De Nederlandse Taalunie wil het grote publiek opnieuw laten proeven van Vlaams-Nederlandse literatuur. Daarom wordt er volop gewerkt aan een officiële canon met de grootste klassiekers uit de Nederlandstalige literatuur. Het plan is om samen tot een wetenschappelijk verantwoorde reeks te komen die men ook in het onderwijs kan gebruiken. De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal-en Letterkunde (KANTL) zorgt voor de Vlaamse inbreng en stelden een basislijst samen, weliswaar louter gebaseerd op de mening van een 17-tal academici. Zo blijkt dat o.a. Felix Timmermans, Ernest Claes of Herman de Coninck niet op hun lijst voorkomen.

Dus ging het weekblad Knack zelf maar eens op zoek naar dé top 50 van de Vlaamse literatuur. Middels een enquête onder schrijvers, docenten, academici, critici, uitgevers, boekhandelaars en bibliothecarissen (allemaal vakmensen dus) kwamen ze tot een lijst van 50 werken die zeker in een Vlaamse canon thuishoorden. Er kon gestemd worden op - overleden - Nederlandstalige auteurs alsook op Franstalige auteurs die leefden en werkten in Vlaanderen.

Deze Vlaamse klassiekers staan bovenaan het lijstje:
1. "De Kapellekensbaan" van Louis Paul Boon
2. "Het dwaallicht" van Willem Elsschot
3. "Het verdriet van België" van Hugo Claus
4. "Het gezin van Paemel" van Cyriel Buysse
5. "Het leven en den dood in den ast" van Stijn Streuvels

De volledige lijst vindt u hier, evenals een top 10 van 'nog levende' auteurs en voorkeurslijstjes van een aantal schrijvers.

Het verschil met de lijst van de Koninklijke Academie is hemelsbreed. Volgens Knack was hun enquête dan ook vooral bedoeld om tegenwicht te bieden en sindsdien is er nogal wat beroering ontstaan met talrijke discussies als gevolg.
Eén ding is duidelijk, iedereen heeft zo z'n eigen literaire voorkeur.

1 opmerking:

  1. Frank Hellemans' stuk "Knacks canon van de Vlaamse literatuur" (Knack, 2
    april 2008) deugt niet. Het is op los zand gebouwd. Omdat Hellemans er
    in slaagt in zijn stuk zoveel feitelijke onwaarheden te verwerken over
    het Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (CTB) van de Koninklijke
    Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde (KANTL), over de Academie
    zelf, over het Nederlandse plan voor de uitgave van de canon van de
    nederlandstalige literatuur, over het canondebat in Vlaanderen en over
    mijzelf, kan ik binnen het bestek van deze mail onmogelijk alle
    informatie geven die Hellemans' stuk quasi geheel overbodig maakt.
    Daarom heb ik de ruimte genomen dit te doen in een open brief aan Frank
    Hellemans getiteld 'De schertscanon van de eerbiedwaardige Academie.
    Everything you always wanted to know but were afraid to ask'.

    Wie er echt van overtuigd is dat het literaire erfgoed geen spielerei
    is, kan mijn repliek lezen op
    http://www.edwardvanhoutte.org/schertscanon/. De lezer zal zelf kunnen
    oordelen welk zootje Hellemans er heeft van gemaakt.

    BeantwoordenVerwijderen